Translate

28 augustus 2020

Walem Trilogie - 2 - Leve de flipflops!

Voor mij is slapen in een vreemd bed zoiets als poepen in een drukke winkelstraat. Dat gaat niet. De hele nacht lig ik te woelen en te draaien, maar slapen, ho maar. Op een Grieks eiland lig ik dan 's middags gewoon lekker te maffen op een ligbedje onder een parasol, dus dan haal ik de gemiste slaap wel weer in. Maar met af en toe een bui, windkracht 4 en maxima van 20 graden zijn vakanties in Nederland daar toch minder voor geschikt. Dan kan aanhoudende slapeloosheid een probleem worden voor je omgeving. Prikkelbaar en lusteloos. Leve de vakantie.

Maar gelukkig is er drank. Alcoholische drank welteverstaan. Een glas Roosvicee werkt niet. Een fles wodka wel. Nog voordat mijn hoofd het kussen raakt, ben ik al vertrokken. Ondertussen is de lever wel drukker dan ooit, maar de rest slaapt. Ook mijn nieren lijken pas de andere dag weer te gaan werken, na twee bakken koffie. En hoewel deze therapie door deskundigen sterk wordt afgeraden, sleept het mij door de periode van vakantieslapeloosheid heen. Leve de alcohol.

Alcohol heeft meer positieve kanten. Zo schijnt het je te beschermen tegen virussen. Oraal innemen helpt dan helaas niet, maar jezelf ermee insmeren blijkbaar wel. Overal waar je komt, staan dan ook pompjes met alcoholhoudend spul om je handen mee te ontsmetten. Vaak moet ik dan toch de neiging onderdrukken om mijn mond eronder te houden. Al was het alleen al voor de blikken van de omstanders. Maar goed, ik ben niet alleen. Ik word daadkrachtig in het gareel gehouden. En die pompjes zijn eigenlijk van zichzelf al leuk, want op het ene pompje moet je keihard drukken om er een keuteltje gel uit te persen, terwijl een ander pompje bij de minste aanraking al een brandstraal alcohol produceert. Zit je ineens helemaal onder en riek je de rest van de dag als een alcoholist in de morgen. In zo'n geval zoeken wij op het 1,5 meterterras een plek met ruim zicht op het ontsmettingsgebeuren. Leve de handpompjes. 

Onder het mom "alles beter dan fietsen" werd ook wandelen toegevoegd aan ons lijstje vakantievreugde. Dat moest ook wel, want verder viel er niet veel te beleven tussen die drie boerderijen, de kerk en het café. Maar eerlijk is eerlijk. Zuid-Limburg is echt prachtig en heel anders dan de rest van Nederland. Door de vele, goed bewaard gebleven gebouwen, opgetrokken in een prachtige stijl, in dat schitterende, glooiende landschap krijg je het gevoel in een sprookjesachtig buitenland te zijn beland. Ja, zelfs dat taaltje is onverstaanbaar. Maar gelukkig spreken de meesten ook goed Engels. Leve mijn talenknobbeltje. 

Dat wat aan de ene kant een voordeel is, kan aan de andere kant ook een nadeel zijn en dat geldt ook voor wandelen in Zuid-Limburg. Je krijgt weliswaar de prachtigste vergezichten voorgeschoteld, maar waar je in ons vlakke polderlandschap een tocht van 10 kilometer in een twee uur wegwandelt, doe je in Zuid-Limburg een hele middag over zo'n stukkie. Heuvel op, heuvel af. Dat haalt de snelheid er wel uit. Je haalt dan ook met gemak je 10.000 stappen, plus 52 verdiepingen. Leve de polder!


Ik moet hier wel - ja, ik zeg het niet graag - een bekentenis doen. Ik kocht, op aanraden van mijn wandelspecialist, voor de gelegenheid speciale - nou, daar komt ie dan - wandelsokken! Jawel! Ik ben in het bezit van twee paar wandelsokken. Vroeger waren ál mijn mijn sokken wandelsokken, maar nu niet meer, nu heb ik er dus speciale sokken voor. Misschien moet ik ook eens informeren naar klussokken en zitsokken. En accordeonsokken. Maar goed, wandelsokken dus. Een linkse en een rechtse. Ja écht! Op de ene sok staat een "r" van rechts en op de andere een "l" van links. Als je ze verkeerd om aantrekt, wandel je denk ik in rondjes of zo, ik weet het niet, want ik heb het nog niet aangedurfd ze krang te dragen.
Nu ik toch bezig ben met schokkende bekentenissen, om het nog gekker te maken, ik heb me ook laten overhalen om tevens bijpassende wandelschoenen te kopen. Vroeger waren ál mijn schoenen wandelschoenen. Ik had geen schoenen met onmundige hakken of andere ongemakken. Met mijn oude schoenen heb ik vele kilometers per dag door de straten van New York, Antwerpen en Rome gebanjerd, maar dat kan dus echt niet meer. Belachelijk zelfs! Je hebt nu wandelschoenen! Als ik ze aan heb voel ik me net de helft van zo'n ANWB-stelletje, met dat verschil dat Lin en ik onszelf dan wel totaal anders kleden en gedragen. We dragen alleen beiden wandelschoenen, en nog totaal verschillende ook. Maar goed, het begin is er, godsamme! En zo zak je dan toch langzaam weg in het stinkende moeras van ouderdom en risicogroepen met je schoenen en je sokken.
En ik moet zeggen, die sokken zijn echt onzin. Alle sokken zijn wandelsokken. Als ze maar lekker zitten in de schoenen die je draagt. Maar die wandelschoenen, die bevallen echt wel goed. Daarmee loop je echt flexibel en licht, zeker als je over veel bospaden en keien moet, zoals daar tussen die drie boerderijen, die kerk en dat café. Dus, ik beken, ik ben qua schoenen, op dit gebied, om. Leve de wandelschoen!

Heel vroeger, maar echt heel heel vroeger, liepen mensen gewoon op blote voeten en in de blote kont ook. Maar later zijn ze gaan ontdekken, dat je met schoeisel en kleding, toch langer leefde. Ja, als je met je blote uitsteeksel ergens achter bleef hangen, was je mooi de lul. Dus daar ging een berenvel omheen, vandaar het woord berelul. Denk ik hoor, dit weet ik niet zeker. Maar het eerste wat men bedacht was, iets aan de voeten doen. Logisch, want daar sta en loop je de hele tijd op. Sinds dat men rechtop was gaan lopen, drukte dat hele gewicht op die twee tere zooltjes. En stapte je in een rondslingerende schroef of stuk glas, nou ja, in die tijd een zal dat een doorn of zo geweest zijn, dan kon je niet meer lopen en liep je kans op een vette bloedvergiftiging en stierf je een pijnlijke, vroege dood. Dus bedachten ze toen al de flipflops. In oude films over de Romeinen zie je dat ook, versierd met van die geile, leren bandjes om de kuiten. Ja, die Italianen zijn altijd al modebewust geweest. Conclusie, met schoeisel aan, leef je langer en gezonder. Toch zijn er heden ten dage nog steeds mensen aan wie deze evolutionaire ontwikkeling geheel voorbij is gegaan. Het liefst lopen zij de hele dag op blote voeten. En binnen, in je eigen schone huis, is dat niet erg, daar loop je geen snee of voetschimmel op. Maar je gaat toch niet op straat lopen op je blote poten? Nou, ik zeg je, hier in het park zie je hele families die de hele dag op blote voeten lopen. Blote voeten families. Met vaak ook blotebillengezichten, dat dan weer wel. Lekker met de blote voetjes in het gras, lijken ze te denken. Terug naar de natuur. Er zijn zelfs hele websites voor opgericht, met gratis blotevoetenwandelingen. Ja echt! Hier het bewijs. Maar mensen, je loopt hier op vreemd gras! Althans, niet je eigen gras, in je eigen, schone, veilige tuin. Op dit vreemde gras hebben vreemde vogels gepoept en vreemde egels geplast. Misschien hebben onverlaten er bierdopjes achtergelaten, of stukjes lego. Maar deze blote voetenfamilies hebben zo hun eigen opvattingen. Die malen daar niet om. Die hebben om zeven uur 's ochtends al voetzolen, zo zwart als een neger barbecue-briket. Zij zijn niet bang om overal in te trappen. En ze trappen ook overal in. Zelfs in de meest absurde complottheorieën. Ik verdenk ze er ook van dat ze zo met die voeten onder de lakens kruipen. Nee, ik doe dan toch echt liever iets aan. Leve de flipflops.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten