Translate

19 oktober 2013

Het lijk dat sprak: Hoofdstuk 1

De ontmoeting

 
"Vijftigers zijn de nieuwe veertigers," beweerde de man op het podium en achter hem verscheen een flitsende advertentiefoto van een actieve, jonge man met grijs haar.
"Dat betekent," ging hij verder, "dat wij ons op een veel bredere doelgroep kunnen richten dan wij ooit voor mogelijk hadden gehouden. De leeftijdsontwikkeling verloopt nu immers significant anders dan dertig jaar geleden. We worden sneller volwassen en we worden langzamer oud."
 
Wat had ik toch een hekel aan dit soort hippe seminars. Netwerken, dat was voor velen de belangrijkste reden om erbij te zijn. Het hebben van een breed netwerk word in ons reclamevak immers gezien als de belangrijkste sleutel tot succes. Het leek dan ook wel of iedereen hier elkaar kende.
Ik kende niemand. Ik had geen netwerk. Ik had tevreden klanten! Met de campagnes die ik deed zou ik nooit belangrijke reclameprijzen winnen, dat realiseerde ik mij maar al te goed, maar daar was ik ook niet op uit. Ik wilde gewoon leuk werk hebben, meer niet.
 
En nu zat ik hier te luisteren naar een spreker - volgens velen een topper omdat hij ooit de Westhout-campagne had bedacht -, die met droge ogen beweerde dat hedendaagse vijftigers anders zijn dan vijftigers van een vorige generatie. Alsof de mensheid iedere tien tot vijftien jaar een totale make-over ondergaat. Maar hier stond deze zelfbenoemde deskundige gewoon te beweren dat het negeren van generatieverschillen de belangrijkste oorzaak is voor de algehele malaise in de reclamesector. En hij kreeg nog applaus ook!  Alsof de economische crisis er niets toe deed. Maar goed, nog even volhouden en de eerste dag voor vakbroeders en -zusters zat er weer op.

Het luxe hotel dat als conferentieoord diende, lag stil en afgelegen in de bossen van de Veluwe.
"Het is prachtig gelegen, goed onderhouden, luxe, overal vers fruit binnen handbereik en als het avond is," had de colporteur beloofd, "kan je de herten horen burlen. Fantastisch!"
De nadelen van deze plek had de man wijselijk niet benoemd. Je was hier volledig aangewezen op wat het hotel zelf te bieden had, want in de verste omtrek was er enkel bos. Bovendien had je er nauwelijks ontvangst met je mobiel. Even snel je mail checken zat er niet in.

Ondanks de hoge prijs van deze tweedaagse bestond het diner uit een duf buffet. Twee lange tafels met bakken doorgegaard vlees in aangedikte sausen zonder smaak, papperige rijst, slappe friet, slijmerige groeten, natte borden, goedkope wijn, jus d'orange uit containers, vlekkerig bestek, waterige soep met uitgedroogd stokbrood en harde, ranzige kruidenboter. Het opgehaalde geld werd duidelijk niet geïnvesteerd in de maaltijden. Waarin dan wel, was mij vooralsnog een raadsel.
 
Met in de ene hand een bordje rijst met een soort goulash en in de andere een glas goedkope witte wijn vond ik een plek aan een ronde tafel met vijf stoelen waarvan er nog twee onbezet leken.
"Zijn deze nog vrij?" vroeg ik.
"Ja ga zitten kerel!" zei de man met het grijze haar hartelijk en ik nam naast hem plaats.
Hij stak zijn hand naar me uit.
"Kees Hendriks, van Mol en Mol," zei hij en schudde mijn hand.
De knappe, jonge vrouw naast hem volgde zijn voorbeeld. Ik schudde haar hand en knikte.
"Tamara van Ommeren, KNRP."
De man die het verst van me af zat, stond op en kneep hard in mijn hand.
"Gewald Geldeburcht, succesvol ondernemer haha."
Ik knikte en zei mijn naam.
"Een nieuw gezicht?" zei de grijze man joviaal. Hij zag eruit als een doorgerookte Bourgondiër die aan het begin van zijn pensioen stond.
"Ja, ik kom niet zo vaak op dit soort bijeenkomsten," sprak ik naar waarheid.
"Good for you!" zei de bon vivant vrolijk.
"Je hebt er ook feitelijk niks aan. Toch loop ik ze allemaal af," en een vette lach volgde.
"Kees komt voor het eten en de gratis wijn," zei de man die zich had voorgesteld als Gewald met een cynische ondertoon.
"Wou je beweren dan dat jij hier komt om er wat van op te steken?" bitste de jonge vrouw.
"Ik kom hier louter voor jou, mooie Tamara," sprak Gewald zoet en hij pakte haar hand om hem te kussen, maar ze trok hem weg voordat zijn actie was voltooid.
"Ach kom," sprak Kees vergoelijkend, "laten we het gezellig houden, we hebben een gast aan tafel."
"Ik ga even een flesje regelen," zei Gewald beledigd en ging van tafel.
Kees boog naar mij toe, knipoogde amicaal en zei zacht: "Die twee hebben vroeger wat gehad."
"Ik zit naast je Kees! Ik kan je horen!" zei de mooie Tamara verongelijkt.
"Of moet ik misschien even weggaan, zodat je mijn liefdesleven met deze meneer kunt doornemen."
"Sorry meisje, sorry. Je hebt gelijk. Maar ik denk dat ik niets heb gezegd, wat deze meneer niet ook al zelf had kunnen bedenken," en Kees keek me vragend aan. Ik wist echter alleen van hun relatie af omdat Kees het had verteld, maar speelde het spel met hem mee.
"Ja die gedachte kwam eerlijk gezegd wel bij me op," loog ik.
"Zie je nou wel!" zei Kees opgeruimd. Tamara leek niet overtuigd. Even dreigde er een ongemakkelijke stilte te vallen, maar Kees stond dat niet toe.
"Het eten is blijkbaar afgestemd op de laatste spreker, denk je niet?" zei hij snel. "Niet te pruimen!" en demonstratief schoof hij het bord van zich af. Het was leeg, dat wel.
"Wat vinden jullie? Verschilt de vijftiger van nu werkelijk zoveel met de vijftiger van twintig jaar geleden?"
"Ik denk het niet," zei ik iets te snel en te hard, "als je tenminste rekening houdt met de tijdsgeest."
"Hoe bedoel je dat?" vroeg de mooie Tamara. Ze leek geïnteresseerd.
"Nou, het verschil tussen iemand van dertig en iemand van vijftig was in de jaren 80 net zo groot als nu."
"Namelijk twintig jaar, " lachte Kees.
"Ik bedoel," zei ik snel, "dat de mensen uit de jaren 50, op ons nu, eigenlijk allemaal een beetje stijfjes overkomen. En dat geldt zowel voor iemand van dertig als van vijftig. Het heeft dus niets te maken met de leeftijd, maar met de tijd waarin je leeft."
De mooie Tamara wilde net wat zeggen, toen, vanuit het niets, Gewald aan tafel verscheen en met een harde klap twee flessen witte wijn op tafel zette.
"Met mijn charmes krijg ik iedereen om," riep hij trots.
Tamara keek hem verstoord aan. Dat ze hem niet mocht was wel duidelijk en dat begreep ik maar al te goed.
"Hoe heb je 'm dat geflikt?" vroeg Kees zichtbaar in zijn nopjes met de wijn.
"Dat mutsje daar," zei Gewald en gaf een gemaakt vriendelijk knikje naar het meisje van de bediening dat bedremmeld bij het buffet stond, "heb ik overgehaald met deze natte vinger. En geen vrouw kan mijn natte vinger iets weigeren."
Tamara keek alleen maar geërgerd voor zich uit, maar Kees pakte een fles en riep: "Top! Dan zal ik even bijschenken. Kom hier met je glas Tamaar."
Terwijl ze het glas ophield zodat Kees kon bijschenken, keek ze vermoeid naar Gewald.
"Je bent ook een zak ook," zei ze kil.
"Maar je drinkt er wel van schatje," zei hij en ging vergenoegd zitten.
"Lekker," zei Kees en schonk zijn glas tot de rand toe vol.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten