Translate

05 januari 2013

Een goed verhaal

Vanmorgen had ik het weer. Schrijversdrang. Dan moet ik wat schrijven, maakt niet uit wat, maar het moet! Een raar fenomeen. Vergelijkbaar met een plotseling opkomende snacktrek. Je wil wat eten, maar je weet niet wat. Je trekt alle laden en deuren open van alle kasten die je hebt, de ijskast incluis, maar nergens vind je iets van je gading. Bij al het eetbaars dat je ziet - ondanks de crisis, is dat nog behoorlijk wat -, denk je, mwoh! Bij mij eindigt zo'n zoektocht meestal bij een bruine boterham met flink margarine en pindakaas. Bah, zullen veel mensen denken, een smakeloze, droogklevende caloriebom, maar mij helpt het. Soms is zelfs een tweede boterham nodig om de snaaidrang te bedwingen. Maar hoe doe je dat bij schrijversdrang? Je kan moeilijk steeds hetzelfde verhaal schrijven of, bij een ernstige aanval, twee keer hetzelfde verhaal achter elkaar. Da's kansloos.

Daar zat ik dus, vanochtend, in alle vroegte. Ik moest schrijven. Maar wat? Ja, en dán gaan mijn hersens werken. Dan pas? Ja, dan pas! Dan gaat mijn fantasie met mij op de loop. Dan bedenk ik de meest onwaarschijnlijke verhalen, schrijf ik in gedachten de prachtigste romans. Science fiction, thriller, detective, horror, drama, in mijn hoofd beheers ik die genres allemaal. De praktijk is echter weerbarstiger. Want als ik er dan uiteindelijk eens goed voor ga zitten, blijkt het verhaal toch wat ingewikkelder te verwoorden dan te bedenken. Papier is geduldig, zeggen ze. Ja, het papier blijft geduldig liggen, maar mijn pen wiebelt onrustig heen en weer. Of, zoals dat tegenwoordig gaat, mijn iPad blijft rustig liggen, maar het virtuele toetsenbordje schuift zenuwachtig in en uit.

Wanneer is een verhaal eigenlijk goed? Appie Baantjer schreef vele korte misdaadromannetjes, met in ieder boekje een nieuwe moord, en ze gingen als warme broodjes over de toonbank. Ook op TV loste De Kok, met C, O, C, K, iedere 50 minuten een moord op. Geweldig, maar zijn het goede verhalen? In de Deense TV-serie Forbrydelsen (abusievelijk vertaald met The Killing, want feitelijk betekent het De Misdaad) wordt slechts één moord opgelost, alleen doen ze daar dan 20 afleveringen van 50 minuten over en het verveelt geen moment. Is dát dan een goed verhaal?

Misschien maakt het verhaal helemaal niet uit en gaat het alleen om de manier waarop je het verteld? Je hoeft echter maar te denken aan het boek Vijftig Tinten Grijs - een slecht verhaal, slecht verteld - en je weet dat ook dat niet waar is. Het boek is een megasucces. Weliswaar voornamelijk onder voor frigide versleten, heimelijk naar lust hunkerende vrouwen, maar toch, een bestseller is een bestseller.
Dus, een slecht verhaal, slecht verteld, kan toch succes hebben, als het maar aansluit bij een bepaalde doelgroep? Hmmm, maar wat moet ik daarmee?

Niks! Ik moet, kan en wil er niks mee. Uiteindelijk, schrijf ik namelijk altijd wel wat en probeer ik mijn gedachten zo goed mogelijk "op papier" te zetten. Schrijven is voor mij niets anders dan hardop denken. Een oefening in ordening, zodat ook een ander kan begrijpen wat er zich in mijn hoofd afspeelt. Nee, het is niet therapeutisch. Ik verwerk er niks mee. Zoals gezegd, het is een oefening in ordening. Denk ik.
Het meeste van wat ik schrijf, verdwijnt linea recta in de digitale prullenbak. Niet omdat het slechte verhalen zijn - meestal schrijf ik meesterwerken -, maar wel omdat het te persoonlijk is en ik niet wil dat een ander er ooit kennis van zal nemen. Maar zo'n borrelbabbelverhaaltje als dit, kan geen enkel kwaad. Dus scheep ik jullie ermee op. Geen dank! :-) Oh, en mijn schrijversdrang is weer bedwongen. Dank ú! ;-)


Groetjes,
Salvatore Cocco