Translate

01 september 2017

5 - Una paggera poepoeros papieras

Je kan je misschien voorstellen, met al dat eten en drinken, dat er aan stoelgang geen gebrek is. Hoewel er door hotel of pension altijd ook toiletpapier beschikbaar wordt gesteld, haal ik zelf altijd una paggera poepoeros papieras extra. Immers, twee, soms drie keer per dag moet ik een even gaan zitten. En met plezier, kan ik je zeggen, wat het brengt altijd verlichting. Dat is niet de hele vakantie zo. De eerste twee dagen is er altijd sprake van enig oponthoud, vertraging. Het zal wel psychies zijn. De spanning van de reis of zo. Maar die eerste dagen wil het gewoon niet, is er sprake van, zeg maar, een uitgesteld verlangen. En vooral die tweede dag ga je het zelf ook goed merken. Je hebt het gevoel dat je helemaal vol zit. Alsof ze je met een fietspomp hebben opgeblazen. Een ballon. Een michelinmannetje. Bol punt com.
Maar uiteindelijk komt het allemaal goed, en ik kan je zeggen, dat maakt dan ook echt wat in je los. Alsof achter je rug de 'stampede' uit The Lion King is losgebarsten. Ben altijd bang dat de pot niet groot genoeg is. Dat ik tussentijds moet doortrekken. En vervolgens maar bidden, vooral in Griekenland, dat het riool het aan kan. Ja, je bent tenslotte in het buitenland. Daar is dat spul allemaal toch van mindere kwaliteit dan thuis, denk ik. Maar het gaat altijd goed en de opluchting is minstens net zo groot als de ontluchting. Giga!

Vroeger deden we alle mogelijke moeite om in zo kort mogelijke tijd zo bruin mogelijk te worden. Hele dagen lagen we in de volle zon. En om een extra bruiningseffect te bereiken smeerden we ons in met pure kokosolie. Beschermingsfactor min 50. Dan lagen we uren, goed geolied in de zon te glimmen. Als je even wat te drinken ging halen, gleed je bij kans van je slippers af. Liters douchegel waren nodig om die olie er weer af te krijgen. Stond je uren te glibberen in de badkuip. En maar piepen en glijen. Dat waren nog eens tijden. Tegenwoordig liggen we zorgvuldig in de factor 30 gezet in de schaduw. Want als er geen schaduw is, gaan we er niet liggen. Nee, bruin worden is niet meer de belangrijkste vakantie opdracht. Dat is nu uitrusten, slapen, eten, drinken en poepen. We leiden het zalige leven van een baby.

Ik weet niet wat er precies gebeurd is, maar er is iets wezenlijk veranderd in Spanje. Je mag nog wel overal roken, maar de asbakken staan niet meer standaard op tafel. In de supermercado zijn geen sigaretten meer te koop, die zijn alleen nog verkrijgbaar in speciale helverlichte zaken die meer weg hebben van een antiseptische apotheek dan van een gezellig sigarenwinkeltje. Ook zie je overal zemelen en granen, speld brood en producten die met vrolijk wervende teksten worden aangeprezen als 'sin gluten.' Ja, dan wil iedereen wel een glutenintolerantie. En je ziet 's ochtends, als het nog koel en rustig is, horden Spanjaarden met oortjes in over de boulevard rennen. Er is een voor Spanje geheel nieuwe gezondheidscultus gaande. Niet dat het allemaal veel helpt, want ze hebben nog steeds dikke buiken en steken na het rennen rustig een sigaretje op om even bij te komen, maar toch, er is iets gaande. Gelukkig staat de supermercado nog wel gewoon vol met sterke drank. Ja, je hebt immers wel vakantie.

Vanochtend zorgt het weer voor een natuurlijke beschermingsfactor, bewolking. Ja, daarvoor zijn we niet helemaal hier naartoe gekomen. Die dingen hebben we thuis ook al. Maar goed, ze zijn er wel en daar verander je niks aan. Er valt zelfs een flinke druppel regen uit. Met een gezond leedvermaak kijken we vanaf ons balkon naar de reeds in alle vroegte op de ligstoelen rond het zwembad neergelegde handdoeken. Die worden nu allemaal zeiknat, haha! Maar om kwart voor elf is de wind gedraaid en vallen er gaten in het plafond. Voorzichtig komen de eerste zonnestralen tevoorschijn. En meteen is het dan ook vertrouwd Hollands benauwd. Een mooi moment om even te gaan zitten!

Voetnoot: 'Una paggera poepoeros papieras' komt uit een parodie op 'de Spaanse les' door Tosca Nietering en Arjan Ederveen. Hij staat op YouTube. Kijkon!

4 - Gestoken

Ik ben gestoken. Niet door een extremistische Catalaan, maar door een lokaal insekt. Ja, of gebeten, dat kan ook. Gestoken of gebeten. Eén van de twee. Hoe dan ook, het jeukt als een dolle en het is een zeer onooglijke flats. Op mijn hand, dus er is geen enkel kledingstuk waarmee ik het kan bedekken. Ja, handschoenen, maar die had ik niet ingepakt. En ook al zouden ze toevallig nog in mijn koffer hebben gezeten van bijvoorbeeld mijn laatste Noordpoolexpeditie, dan nog zou ik ze niet hebben aangedaan. Je loopt hier dan toch voor joker. Van de andere kant, nu lijkt het net of ik een of andere besmettelijke ziekte heb. Het is echt een smerige plek. Gillend van afgrijzen buitelen de mensen over elkaar heen het zwembad uit, als ik erin ga. Op terrasjes is er in een ruime cirkel om mij heen altijd plek. En in de supermercado laat iedereen me altijd voor. Handig wel. Ik denk dat ik er een afgietsel van maak en 'm als opplakzweer laat uitvoeren. En dan naar de sauna. Kan ik 'm naar believen ook nog op andere lichaamsdelen plakken. Eens zien hoe snel ik dan in het zweethok terecht kan. Ja, zo heeft mijn bultje nog een mooie toekomst voor de boeg.

Een Spanjaard zie je maar zelden alleen. Het zal de Marokkaanse invloed wel zijn. Je ziet ze eigenlijk altijd in groepen. Grote groepen, met oma, opa, een alleenstaande tante of oom, neven, nichten ook en kinderen met of zonder aanhang en kleinkinderen. Druk en luid pratend bewegen ze zich als één organisme over de boulevard, zich niet bewust van andere vakantiegangers. Als je zelf niet oplet, lopen ze je zo omver. Op het strand klit de hele kudde samen rond twee gehuurde strandbedjes en maar praten, praten, praten. Dat gaat me erop! Daarmee vergeleken is mijn Italiaanse familie - en die kunnen er toch ook wat van - stilletjes en introvert. En iedereen praat ook maar wanneer ie zin heeft, lijkt het. Of er nou al iemand anders aan het woord is of niet, gewoon, hup, praten! Nee, luisteren is niet hun ding. Praten is hun ding. En dat dan met een tempo en een snelheid waar Daphne Schippers jaloers op is. Nou kan ik me er met mijn Bassie-en-Adriaan-Spaans best aardig redden, maar dit gaat me echt veel te rap. Het ratelt allemaal maar door elkaar heen in volumes waar een hardstyle festival een fikse boete voor zou krijgen. Een volière vol hitsige parkieten is daarbij vergeleken een oase van stilte en rust. Maar wel gezellig, zo met de hele bubs, voor een keer.

Na vier dagen begin ik zelf overigens al aardig op mijn inheemse leeftijdsgenoten te lijken. Niet qua gedrag, maar qua omvang. Tijdens het scheren zit mijn buik me gewoon in de weg. Ik bedoel dat ik niet dicht genoeg bij de spiegel kan komen, om er zonder lenzen in te kunnen zien wat ik doe. En bukken gaat al helemaal niet meer. Gelukkig loop ik hele dagen op flipflops, want veters strikken zit er niet meer in. Ja, het gaat allemaal erg vlot deze vakantie. Ach, dat zal ook wel psychies zijn, denk ik dan maar. En die buik, die trainen we er thuis wel weer af. Ik weet alleen nog niet waarmee of hoe, want in tegenstelling tot eten, is sporten toevallig niet zo mijn ding.

In Torremolinos tref je dus vooral Engelsen, Spanjaarden en Hollanders. Geen wonder dus en compleet logisch dat je er struikelt over de pizzerias! ??? Het best lopende etablissement is echter de Burger King aan het begin van de haven. Ze staan in lange rijen tot buiten aan toe te wachten om het eetbare goud te bemachtigen. Je kan trouwens ook lekker eten in de paar Nederlandse zaakjes. Daar serveren ze vaak de bekende, oer-hollandsche gerechten als Wiener Schnitzel, Nasi Goreng en goulashsoep. Dan is de schnitzel wel gefrituurd, net als de nasi en waarschijnlijk ook de goulashsoep. Het leven is bitter, het leven is zuur, maar alles smaakt lekkerder uit de frituur! Toen ik dit versje ooit eens voorlegde aan de chefkok die zich net had uitgesloofd iets unieks op tafel te zetten, reageerde hij als door een wesp gestoken. Een groot talent, maar geen gevoel voor humor.

3 - Onmacht

Verdomme. Er is thuis iemand overleden. Was het tijdens de vorige zonvakantie een goede collega, nu is het de vader van een goede vriendin. Niet geheel onverwacht, maar toch weer veel te snel en in ieder geval veel te jong. En dan zit je daar maar, in Spanje, tussen de feestende vakantiegangers, op een onoverbrugbare afstand, een beetje machteloos te wezen. Stil zijn, is dan het enige.



Voor een geslaagde strandvakantie zijn kinderen onontbeerlijk. Je eigen kinderen, wel te verstaan. Heb je tenminste wat om handen. Een zandkasteel bouwen is dan bijvoorbeeld een prima bezigheid en volledig geaccepteerd. Maar als je dat gaat doen met onbekende kinderen van een ander, wordt er toch vreemd naar je gekeken. Ook als je als volwassen man in je eentje aan de slag gaat, loop je het risico van jaren eenzame opsluiting en gedwongen therapie. Kortom, kinderen zijn onontbeerlijk. Je eigen kinderen dus. Die van anderen zijn alleen maar lastig en lawaaiig en onuitstaanbaar.
Zo zagen we in de lobby van het hotel een kind de pas blinkend gemopte vloer onderkotsen en wegrennen. De zooi achterlatend voor de onderbetaalde schoonmaakster. Aan het strand zorgt het langs rennende spul voor bergen zand op het door jezelf zorgvuldig zandvrij gehouden bedje. Het schreeuwt en het gilt te pas en te onpas, terwijl de doodvermoeid ouders in een niet te verbreken slaapstand verkeren. Zelfs de met oma en al van het afstapje op de stenen gestuiterde baby bleef maar krijsen, terwijl het toch alleen maar was geschrokken. Er was niks aan de hand! En oma, die der hele knie had open liggen, hoorde je niet. Die was alleen maar druk met de kleine. Schuldbewust, maar onmachtig het kind tot bedaren te brengen. Nee, kinderen van vreemden kan ik missen als kiespijn. Als ik een aan een pleintje grenzende tuin zou hebben, zo'n pleintje waar kinderen graag voetballen, zou ik altijd een scherp, puntig mes bij de hand houden. Als die bal dan over de schutting komt, gaat het mes erin. In die bal, bedoel ik. Zo erg ben ik nou ook weer niet.

In werkelijkheid was het echter allemaal anders. Die oma waar ik het over had, viel inderdaad met de baby op de arm op de harde stenen vloer, maar ze mankeerde in het echt gelukkig niks. Maar oma was waarschijnlijk harder geschrokken dan de baby. Ach, wat keek ze treurig toen ze weer rechtop stond en de baby ongedeerd in de armen kon sluiten en troosten. En opa, opa zat aan de bar en dronk bier. Hij had het wel gezien, maar hij dronk bier.

En dat jongetje waar ik het over had, dat in de lobby had overgegeven, was in het echt eigenlijk heel zielig. Heus! Hij was een jaar of zes en zat met de rest van zijn familie te wachten in de lobby. Ze gingen terug naar huis. De vakantie zat er op. Echt bruin waren ze niet geworden en dik waren ze waarschijnlijk al. Engelsen. Het was een druk gezin, met oma, opa, kinderen en dus dat jochie, een kleinkind, het zoontje van de dochter. Hij was niet druk. Hij lag daar maar een beetje stil op de bank. En ineens gebeurde het. Moest ie overgeven. Zijn vader zat naast hem en was heel lief. Wreef 'm over de rug en sprak lieve woordjes. Oma kwam heel efficiënt in actie met doekjes en plastic zakken. En de dochter, de moeder van het jochie, die stond te bellen. En te bellen en te bellen en te bellen. Zelfs toen ze uiteindelijk klaar was, schonk ze haar zoontje, dat nu bijna doorzichtig was, geen enkele aandacht. En zo moest het joch aan zijn lange reis beginnen. Gelukkig had ie zijn vader nog.



Oh, en als er ooit een bal in mijn tuin terecht komt, steek ik 'm echt wel lek. ;)


2 - Eten

Wat mij betreft lijken alle Zuid-Europese landen op elkaar. Heb je er één gezien, heb je ze allemaal gezien. Ja, als ze het horen, hangen ze me in de zon te drogen, maar zeg zelf, dat is toch zo? Ach, de bergen liggen wat anders gegroepeerd en de wegen slingeren zich er wat anders doorheen, maar overal herken je dezelfde Arabische invloeden en zie je dezelfde betonnen skeletten van nooit afgebouwde hotels. Nee, door de oogharen bezien is er nauwelijks verschil tussen Griekenland, Zuid-Italië, Spanje of Portugal.
Het grote verschil zit 'm wat mij betreft in het eten. Spanje en Portugal zijn echte vislanden, Italianen overgieten vrijwel alles met tomatensaus en de Grieken, ja de Grieken, die eten me toch gevarieerd. Tzatziki, stifado, mousaka, saganaki, gyros, keftedakia, souvlaki, spanatopikapia en sirtaki. Die laatste is dan wel geen gerecht, maar als je ergens zit te eten moet het al wel raar lopen, wil het er niet op uitdraaien.
De sirtaki is natuurlijk die Griekse dans uit de film "Zorba, de Griek". Het is een soort van polonaise maar dan overdwars. Gezellig. De Grieken zelf zijn ook al zo gezellig. Met al die leuke Benny Neyman muziek. Ik ken geen ander volk ter wereld dat zo vriendelijk is als de Grieken. Daarmee vergeleken zijn Portugezen en Spanjaarden maar kleine opgewonden chagrijntjes. Om over de Fransen maar helemaal te zwijgen! Want ja, ik ben nog nooit in Frankrijk geweest, dus kan ik er beter over zwijgen. Al ik heb wel zo mijn vermoedens.

Op vakantie is eten wel een dingetje. Het hele jaar door loop je op te letten en leef je sober en beheerst om niet volledig dicht te groeien, maar tijdens de vakantie gaan alle remmen los. Vakantie is eigenlijk een soort Kerstmis, maar dan in zomer en veertien dagen lang. De hele dag heb je dat volle kerstgevoel. En na de vakantie doe je er vervolgens bijna een vol jaar over om die vakantiekilo's er weer af te krijgen. Dat is wat ik noem 'the circle of life'. Ik neem op vakantie ook altijd een ruim vallende blouze mee voor de terugreis.

Ontbijt is de belangrijkste maaltijd van de dag. Dat zeg ik trouwens ook van de lunch en het diner, net hoe het uitkomt. Maar ik mag op vakantie graag zelf het ontbijt maken. Een soort van Engels ontbijt, met spek, ei en veel gesmolten kaas. Een caloriebom waar je de hele dag op kan teren. Al duurt dat 'teren' tijdens de vakantie niet langer dan tot een uur of elf, want dan staat er koffie met gebak op het programma.
Meestal zijn de potten en pannen in de appartementen van zichzelf al vet genoeg om er zonder toevoeging van boter in te kunnen bakken. Dat scheelt, zal je denken, maar toch worden ze door mij eerst zorgvuldig gereinigd. Net als het bestek en het servies dat we denken te gaan gebruiken. Ik ben niet vies van een beetje vet, als het maar wel mijn eigen vet is. Vet van een ander vind ik smerig. Al zullen ook hierover de meningen verschillen.

Even wat anders. Je denkt misschien - althans, ik dacht het zelf wel - dat in Zuid-Europa om zeven uur de zon al hoog aan de hemel staat te branden, maar niets is minder waar. Om zeven uur is het nog gewoon donker. Om negen uur is het er pas net zo licht als bij ons al om zes uur. Maar dan gaat het ook snel. Om elf uur kan je al niet meer met blote voeten over het strand lopen zonder de bezielende leiding van steenkolengoeroe Emile Ratelband. Blaren tot aan de enkels als je niet oppast. En 's avonds om negen uur is het alweer donker. Ja, dan stelt de Ramadan ook niet veel voor. Geen wonder dat de Arabieren hier graag vertoefden. Ja, want er hebben hier wat islamieten gewoond zeg. Zo! Nee, Wilders was gek geworden van opwinding, zoveel. Tot ver in de late middeleeuwen heersten hier sultans en sjeiks. Tegenwoordig zijn het vooral Engelsen, Hollanders en Spanjaarden zelf die Torremolinos bevolken. Ik zeg Torremolinos, omdat wij ons daar tijdelijk hebben gehuisvest. En ik zeg met opzet Hollanders, want de accenten die je hoort, komen niet uit het noorden, oosten of zuiden van ons land. Nee, het zijn voornamelijk luidruchtige drukdoeners vol kleurige plakplaatjes. Net Engelsen. Maar na de Brexit zal alles wel anders zijn.

Het concept 'lunch' is aan de Spanjaarden geheel voorbij gegaan. In Spanje kent men geen lunch. Niet zoals wij. Wij lunchen ergens tussen 12 en 2. Dan eten we iets kleins, een tosti, een uitsmijter, of brood uit een trommeltje. Nou, in Spanje niet. Daar eet je om drie uur 's middags gewoon een heel diner. Gewoon met wijn of bier en al. Rond een uur of vijf, zes wat tapas met een drankje en vanaf 9 uur 's avonds is het dan tijd voor het tweede diner! Het is heel anders dan bij ons, maar ik kan daar best aan wennen, zeg ik.

Wat overigens niet veranderd op vakantie is mijn behoefte aan koffie. Ik neem daarom altijd oploskoffie mee. Heet water hebben ze immers overal wel. En zo kan je toch altijd koffie zetten. Je hebt er wel, heel gek, twee theelepeltjes voor nodig. Dat staat ook op de pot. Twee theelepeltjes poeder voor een een normale bak. Twaalf theelepeltjes en je hebt espresso. Super handig spul.

Update: Na de vakantie bleek ik ruim 3 kilo aangekomen. In een week! Ik zeg, applaus!

1 - Vertrek

Als je boekt sta je er eigenlijk niet zo bij stil. Dan klinkt 's ochtends zeven uur vertrekken best aantrekkelijk. Ben je nog diezelfde ochtend om half twaalf in je Spaanse hotel, pik je toch mooi nog effe de hele middag en avond mee. Maar ja, je moet twee uur van te voren al op Schiphol zijn. Reken anderhalf uur rijden. Koffers in de auto tillen. Aankleden, douchen, tandenpoetsen. Kortom, je moet om twee uur 's nachts al je nest uit. Een tijdstip waarop je vroeger juist je bed ín ging, om dan vervolgens om zeven uur fris en monter naar je werk te gaan. Maar twee uur in de nacht uit bed stappen is zo simpel nog niet. Wil je nog een paar uur slapen, moet je al om negen uur de ogen sluiten. Op werkdagen, als ik op de bank naar het journaal zit te kijken, sukkel ik zo weg, maar als het moet, lukt het niet. Zal wel psychisch zijn. Net als met opstaan. Door de week heeft de wekker de grootste moeite je onder het zeil vandaan te krijgen, maar in het weekend kan je om half zeven al je bed op Marktplaats te koop aanbieden, want je bent uitgeslapen. Een mens zit raar in mekaar. Het leek me daarom verstandig pas rond half twaalf te bedde te gaan. Beetje normale tijd.

Trouwens, misschien wel leuk om even tussendoor te vertellen, dat ik dit verhaal schrijf, zoals ik dat alle groten der aarde tegenwoordig zie doen. Ik noem een Kleine Viezerik, een Brace, een BolleBof, de hele vriendenclub van Ali B. zeg maar. Gewoon rechtstreeks op mijn iPhone dus. Jaja, hip(hop) hè? Ja, het is een beetje noodgedwongen. Dat komt, mijn iPad is gestolen. Ja, erg hê. Ik vermoed door een van die vrienden van Ali, want het is niet te doen dat typen op je phone. Ik heb nu het lettertype maar op standje beeldschermvullend gezet. Dan gaat het net. Nog mazzel dat ik korte verhalen schrijf. Je zou Lord of the Rings op zo'n manier moeten schrijven. Nou, dan had Frodo die ring een stuk sneller in die grote open haard kunnen mikken, dat zeg ik je toch. Dan was het hooguit een novelle geworden, een film van 80 minuten. Maar goed, dan weet je dat ik me grote moeite heb getroost om al die letters voor je op de goeie plek te krijgen. Langzaam lezen graag.

Dus kroop ik om half twaalf onder de spreekwoordelijke wol, want we hebben een vierseizoenen dekbed. Koud in de winter, warm in de zomer. Ik ging ontspannen liggen, in een comfortabele houding en concentreerde me op mijn gesloten ogen. De stilte was overweldigend. Langzaam voelde ik me wegzakken. Nou, dat gaat best nog snel, dacht ik mezelf wakker. Hè! Dat moet ik dus niet meer doen, denken. Ik veranderde van houding. Nee, die vorige was beter, dus weer teruggedraaid. Gek genoeg was die prettige houding van net nergens meer te vinden. Zucht. Na nog wat gedraai en getrek aan het kussen, vond ik toch weer een acceptabele slaappositie. Ik concentreerde me weer op mijn gesloten ogen en zakte langzaam weg. Totdat ik op het raam hoorde kloppen. Hè, wat? Ik was weer wakker. Had ik dat nou echt gehoord of had ik het me verbeeld? Het klonk alsof er iemand op het raam klopte, alleen, we slapen boven. En uit de richting waar het geluid vandaan kwam, zit helemaal geen raam. Daar staat een muur met daarachter de badkamer. Klop klop. Daar was het weer! En ja, het was echt. Ik wist ook meteen wat het was. De vaatwasser was aangesprongen en als die water vroeg, hoorde je een slag in de waterleiding. Oké, dus ik kon weer rustig gaan liggen. Nou ja, liggen. Het werd wederom draaien en trekken en draaien totdat een min of meer geschikte slaappositie was gevonden. Hoe laat was het nu? Ik richtte me voorzichtig op om mijn slaappositie niet te verliezen en toch op de wekker te kunnen kijken. Half één! Dan heb ik nu nog maar anderhalf uur slaap tegoed. Opschieten dus en liggen!

Mensen die mij kennen of al vaker iets van mij gelezen hebben, weten dat ik een echte globetrotter ben, een reiziger in hart en nieren. Ik grijp elke gelegenheid te baat om erop uit te trekken. Alle werelddelen heb ik al bezocht, met uitzondering van Africa. En Antartica. Oh, en Australië, daar ben ik ook nooit geweest. Maar Amerika wel! Dat wil zeggen, New York. En regelmatig bezocht ik de Chinese Muur, een restaurant op de Schelmseweg, dus daarmee is Azië wat mij betreft wel afgedekt. En ik maak zelf regelmatig chili con carne, dus Zuid-Amerika kan ook van het lijstje. Nee, ik ben echt geen reiziger. Ik heb slechts 6 Europese landen bezocht en Curaçao en New York. Nou, voor een gepassioneerd thuisblijver vind ik dat toch heel wat, maar zelfs met de beste wil van de wereld zou ik dus geen top 10 kunnen samenstellen. Het reizen zit me gewoon niet in het bloed. Nergens heb je zoveel luxe als thuis. Op vakantie is het toch altijd behelpen. De douche is klein en vaak ook niet erg fris. De bedden liggen voor geen meter. Je hebt geen auto voor de deur en zelfs als je zoiets simpels als een pot pindakaas wilt scoren, is daar een goed georganiseerde expeditie voor nodig. Curaçao vormde de uitzondering. Daar hadden we drie badkamers, een auto voor de deur en een Albert Heijn om de hoek. Heel relaxed. En gek genoeg kom ik ook in New York helemaal tot mezelf. Dat voelt als thuiskomen. Heel apart. Waarschijnlijk was ik in een vorig leven Peter Stuyvesant of zo. Tja, en dan, hoe kan het ook anders, het meest relaxte Europese land, met de vriendelijkste bevolking en het lekkerste eten van allemaal, Griekenland! Dat is dan mijn top drie. En dan komt er heel lang, helemaal niks. Dus je snapt dat vakantie voor mij altijd iets dubbels heeft. Ik kijk er naar uit en ik zie er tegenop. Een afstuderend psycholoog zou aan mij een dankbaar langjarig studieobject hebben.

Het was inmiddels één uur! Al dat nadenken, je kan het niet stilzetten, helaas. Men zegt het van drank, maar vaker zijn het je eigen gedachten die meer kapot maken dan je lief is. Nog een uurtje proberen te pakken. Beter iets, dan niets. Het ritueel van draaien kon weer beginnen. Ik lag en zakte langzaam weg. Toen stond Linda op. Ja, wij slapen al enige tijd samen. Ze ging in stilte naar de badkamer. Kroop voorzichtig terug in bed, maar kon ook de draai niet vinden. Half twee zijn we er maar uit gegaan. Hadden we een half uur langer om ons voor te bereiden op de reis. Konden we lekker rustig aan doen. Da's ook fijn. Je ziet, ik ben dan wel geen reiziger, ik ben wel een geboren optimist.