Translate

01 september 2017

4 - Gestoken

Ik ben gestoken. Niet door een extremistische Catalaan, maar door een lokaal insekt. Ja, of gebeten, dat kan ook. Gestoken of gebeten. Eén van de twee. Hoe dan ook, het jeukt als een dolle en het is een zeer onooglijke flats. Op mijn hand, dus er is geen enkel kledingstuk waarmee ik het kan bedekken. Ja, handschoenen, maar die had ik niet ingepakt. En ook al zouden ze toevallig nog in mijn koffer hebben gezeten van bijvoorbeeld mijn laatste Noordpoolexpeditie, dan nog zou ik ze niet hebben aangedaan. Je loopt hier dan toch voor joker. Van de andere kant, nu lijkt het net of ik een of andere besmettelijke ziekte heb. Het is echt een smerige plek. Gillend van afgrijzen buitelen de mensen over elkaar heen het zwembad uit, als ik erin ga. Op terrasjes is er in een ruime cirkel om mij heen altijd plek. En in de supermercado laat iedereen me altijd voor. Handig wel. Ik denk dat ik er een afgietsel van maak en 'm als opplakzweer laat uitvoeren. En dan naar de sauna. Kan ik 'm naar believen ook nog op andere lichaamsdelen plakken. Eens zien hoe snel ik dan in het zweethok terecht kan. Ja, zo heeft mijn bultje nog een mooie toekomst voor de boeg.

Een Spanjaard zie je maar zelden alleen. Het zal de Marokkaanse invloed wel zijn. Je ziet ze eigenlijk altijd in groepen. Grote groepen, met oma, opa, een alleenstaande tante of oom, neven, nichten ook en kinderen met of zonder aanhang en kleinkinderen. Druk en luid pratend bewegen ze zich als één organisme over de boulevard, zich niet bewust van andere vakantiegangers. Als je zelf niet oplet, lopen ze je zo omver. Op het strand klit de hele kudde samen rond twee gehuurde strandbedjes en maar praten, praten, praten. Dat gaat me erop! Daarmee vergeleken is mijn Italiaanse familie - en die kunnen er toch ook wat van - stilletjes en introvert. En iedereen praat ook maar wanneer ie zin heeft, lijkt het. Of er nou al iemand anders aan het woord is of niet, gewoon, hup, praten! Nee, luisteren is niet hun ding. Praten is hun ding. En dat dan met een tempo en een snelheid waar Daphne Schippers jaloers op is. Nou kan ik me er met mijn Bassie-en-Adriaan-Spaans best aardig redden, maar dit gaat me echt veel te rap. Het ratelt allemaal maar door elkaar heen in volumes waar een hardstyle festival een fikse boete voor zou krijgen. Een volière vol hitsige parkieten is daarbij vergeleken een oase van stilte en rust. Maar wel gezellig, zo met de hele bubs, voor een keer.

Na vier dagen begin ik zelf overigens al aardig op mijn inheemse leeftijdsgenoten te lijken. Niet qua gedrag, maar qua omvang. Tijdens het scheren zit mijn buik me gewoon in de weg. Ik bedoel dat ik niet dicht genoeg bij de spiegel kan komen, om er zonder lenzen in te kunnen zien wat ik doe. En bukken gaat al helemaal niet meer. Gelukkig loop ik hele dagen op flipflops, want veters strikken zit er niet meer in. Ja, het gaat allemaal erg vlot deze vakantie. Ach, dat zal ook wel psychies zijn, denk ik dan maar. En die buik, die trainen we er thuis wel weer af. Ik weet alleen nog niet waarmee of hoe, want in tegenstelling tot eten, is sporten toevallig niet zo mijn ding.

In Torremolinos tref je dus vooral Engelsen, Spanjaarden en Hollanders. Geen wonder dus en compleet logisch dat je er struikelt over de pizzerias! ??? Het best lopende etablissement is echter de Burger King aan het begin van de haven. Ze staan in lange rijen tot buiten aan toe te wachten om het eetbare goud te bemachtigen. Je kan trouwens ook lekker eten in de paar Nederlandse zaakjes. Daar serveren ze vaak de bekende, oer-hollandsche gerechten als Wiener Schnitzel, Nasi Goreng en goulashsoep. Dan is de schnitzel wel gefrituurd, net als de nasi en waarschijnlijk ook de goulashsoep. Het leven is bitter, het leven is zuur, maar alles smaakt lekkerder uit de frituur! Toen ik dit versje ooit eens voorlegde aan de chefkok die zich net had uitgesloofd iets unieks op tafel te zetten, reageerde hij als door een wesp gestoken. Een groot talent, maar geen gevoel voor humor.