Translate

29 april 2021

deze column is niet voor tere zieltjes (part deux)

Deze column is een vervolg op de gelijknamige column uit 2016 en wederom niet geschikt voor de weekhartigen onder ons. Ook mensen met een gemankeerd gevoel voor humor kunnen nu beter niet verder lezen. Dus niet komen klagen van ik wist het niet: je bent gewaarschuwd!

Nou nou nou nou nou, wat zijn we toch sensibel geworden met z'n allen. Tjonge jonge jonge. Je kan echt niks meer doen of zeggen of je staat wel op iemands gevoelige teentjes. Nou, teentjes? Zeg maar gerust tenen, want ze zijn lang, lang, lang! Niet normaal zo lang!

Neem nou die hele vega rage. Kijk, dat iemand er voor kiest als koe te gaan leven, moet ie zelf weten. We leven in een vrij land. En er is eten in overvloed, dus kan men het zich ook veroorloven om dit soort bizarre keuzes te maken. Als je hier had moeten krabben en bijten om aan kost te komen, dan was je blij geweest met elke calorie, maar nu er altijd genoeg te eten is, heb je de luxe om voor vega te kiezen. Prima. Mooi. Leve de welvaart. Maar, waarom moet ik ook doen wat jij doet? We leven toch in een vrij land? Maar uit angst voor milieufascisten, dierennazi's en de healthguerrilla's worden ons ondertussen de meest smakeloze vegaproducten door de strot geduwd. Ik voel me soms net de gans van de fois gras. Wat moet ik met vegetarische speckjes, vegetarische kipstuckjes, vegetarische gehacktballetjes? Ze smaken allemaal naar ... smerig! Maar wee je gebeente als je er wat van zegt. Dan ben je "niet meer van deze tijd". Dan ben je een "boomer" (voor de boomers, spreek uit "boemer"). Hoezo dat? Omdat ik eet wat een mens van nature eet? Bizarro! 

Vroeger, bij de patatboer, plaatste ik, zonder enige gêne, duidelijk sprekend, goed articulerend en met opgeheven hoofd, eender welke bestelling dan ook. "Gooi d'r voor mijn effe twee berelulle in en een patatje mayo! En doe der maar een huzareslaatje bij. Hier opete." Maar tegenwoordig, in de Qualitaria, bestel ik mijn frikandellen uitsluitend met gebogen hoofd en besmuikt mompelend vanachter mijn hand. De uitbater haalt deze dan een soort van stiekem ergens achter vandaan, want in de door ledlampen fel verlichte en van veel nepgroen voorziene vitrine liggen tussen de kaascroquetten en bonenburgers alleen nog maar vegadellen.

Bij ons in de wijk staat één keer in de week een patatkraam met een ouderwetsch assortiment. Alleen de patat is er vegetarisch. En de gesnipperde ui uiteraard. Hij heeft nog echte mayo en ballen uit eigen keuken. Je krijgt de friet in een degelijke plastic bak, niet in zo'n sneu andijvieblad. En op de toonbank staat een pot met dikke plakken leverworst in het zuur. Heerlijk. Maar dat zal niet lang meer duren, vrees ik. Hij staat namelijk op de parkeerplaats, tegenover de basisschool. Er is vast al een actieve regelmoeder bezig andere ouders onder druk te zetten. Kunnen we daar niets eens wat tegen doen? Tegen die regelmoeders? 

Oh, en de Chinees, daar durf ik al helemaal niet meer heen. Niet om af te halen in ieder geval. Ja, ik vind het nog steeds heerlijk hoor, daar niet van, maar ja ... je bestelling wordt, als het klaar is, wel altijd hard door de zaak geroepen. "Nummel vielendettig met witte lijst!" Want het feit dat Aziaten moeite hebben met het uitspreken van de "r" is blijkbaar ineens hartstikke beledigend en stigmatiserend. Tja, en om dan die man te dwingen zichzelf voor gek te zetten, ten overstaan van alle andere wachtenden, dat wil ik niet op mijn geweten hebben. En nee, ik hoef er geen sambal bij.

Ik wilde laatst iets hebben om een mooie grote foto in op te hangen en de lijstenmaker vroeg mij welke kleur het moest zijn. Ik durfde toen toch werkelijk waar niet te zeggen dat ik "witte lijst" wenste. Zover is het al met me!

En wat dacht je dan van de armoede in Nederland? Dat is toch vreselijk. Veel mensen, zo berichtte ons onlangs de pers, leven op of onder het bestaansminimum. Dat is toch vreselijk. En niet veel later las ik, dat in de Randstad 1 op de 4 kinderen opgroeit in armoede. Dat is toch vreselijk. Maar ... wat wij in Nederland "bestaansminimum" noemen, wordt door het grootse deel van de mensen op deze wereld toch echt gezien als "schathemeltjesrijk". Hoe zit dat dan met die armoede bij ons? Even een rekenvoorbeeld.

Stel je woont als alleenstaande ouder met twee kinderen van 6 en 4 in een klein huur appartementje en je werkt niet. Nooit gedaan ook, want ja, dat deden je ouders ook niet. Een mooie familietraditie. Je krijgt dan een uitkering van 1200 euro. Ja, da's geen vetpot natuurlijk, zeker als je dan ook nog geld nodig hebt voor je roken en de verzorging van twee uit de kluiten gewassen vechthonden. Want ja, de helft van alle mensen met een lager dan modaal inkomen, zo wijst onderzoek uit, hebben een of meer huisdieren en zijn blijven roken. Jaha, dan is het inderdaad best lastig om dan ook nog je kinderen met ontbijt naar school te sturen. En van dat soort stress ga je dan weer meer roken en drinken. Zo kom je in die vieze cirkel terecht. Ja toch? Kan je niks aan doen toch?
Eh nee, wacht even, ik vergeet nog te vertellen, dat je in zo'n situatie wel kan rekenen op nog zo'n 800 euro extra aan toeslagen. Huurtoeslag, zorgtoeslag, kindertoeslag, dat soort dingen. Dus bij elkaar spreek je dan over een totaal inkomen 2000 euro per maand. Netto! Dat is wat we in Nederland dus het bestaansminimum noemen. 2000 euro netto voor een eenoudergezin met twee kinderen.

Maar ja, er is echt wel een groeiend verschil tussen de wat rijkste rijken hebben en wat de gemiddelde Nederlander heeft. Dat scheelt miljoenen. Maar hoe erg is dat nu echt? Even een rekenvoorbeeld.

Stel dat je een taart moet delen met 10 personen. Nou, dan snij je de taart in 10 gelijke stukken. Ja toch? Maar vervolgens geef je 7 van die stukken taart maar aan 1 persoon. Die andere 9 mensen moeten het dan doen met de 3 overgebleven stukken taart. Ja, da's inderdaad niet eerlijk. En dat is dus precies hoe in Nederland de welvaart is verdeeld. De rijkste 10% bezit 70% van ons totale vermogen. Niet eerlijk, zou je kunnen denken.
Maar ... die Nederlandse taart, is geen gewone taart. We zijn namelijk een heel rijk land. Die taart die we moeten verdelen, die weegt wel 20 kilo! Dus die ene persoon die 7 stukken taart krijgt, krijgt dat nooit op! Dat klopt. Maar die 9 mensen die de overgebleven drie stukken moeten verdelen, krijgen ondanks alles, toch nog altijd een flink stuk taart, namelijk meer dan een halve kilo taart per persoon. Da's toch nog best een flinke hap? Ja, het is minder dan die ene heeft gekregen, maar op zich, als je niet naar die ander kijkt, krijg je toch nog meer dan voldoende taart? Wat is dan eigenlijk precies het probleem? Je hebt toch taart? Meer dan een halve kilo taart is toch niet nodig om gezellig een verjaardag te kunnen vieren? Of is het toch voornamelijk afgunst en jaloezie? Niet zulke mooie eigenschappen, wel?

Tot slot - ja, ik kan er niet omheen - Corona, of zoals TikTokTammo het noemt, de Coronings. Het virus dat een pandemie heeft veroorzaakt en waarvan een nog altijd groeiende groep mensen beweert dat het slechts een griepje is. Hoe dan? Ja, het klopt dat er in een gemiddeld griepseizoen ook sprake is van oversterfte door griep. Dat verschilt echter flink per seizoen. In seizoen 2013/2014 was de oversterfte door griep bijvoorbeeld (nul). Gemiddeld ligt het rond de 4000. Het klopt ook dat in die eerste coroningsweken een oversterfte van 9500 werd gemeten. Die is inderdaad vergelijkbaar met de oversterfte van 9400 mensen in griepseizoen 2017/2018. Dan zou je kunnen denken dat de coronings vergelijkbaar is met een heftige griep.
Maar dan moet je wel weten, dat de oversterfte door griep wordt gemeten over een periode van 18 weken, terwijl de oversterfte door de coronings is gemeten over een periode van slechts 7 weken! Da's dus meer dan de helft korter. Bovendien, golden er in 2020 al meteen strenge maatregelen. In 2017/2018 schudden we nog gewoon handen, werkten we op een kluitje op een slecht geventileerd kantoor, konden we ongelimiteerd knuffelen, gingen we zo vaak en met zoveel naar oma als we wilden, kropen we met Kerstmis, Pasen en Ramadan gezellig allemaal bij elkaar, schreeuwden we met tienduizenden tegelijk in stadions en op feesten. Dat deden we in 2020 dus allemaal niet meer. Hadden we ons toen niet aan die beperkende maatregelen gehouden, waren de coroningscijfers veel en veel hoger uitgevallen. En het bewijs daarvoor zie je in landen als India en Brazilië. Daar kunnen de ziekenhuizen en de uitvaartondernemers de tsunami van coroningspatiënten en -doden niet meer aan.
Inmiddels weten we ook dat de sterftekans door de coronings zo'n 10 keer hoger ligt dan bij een griep. En zelfs na milde klachten hebben mensen soms nog maanden lang last van vermoeidheid en concentratieverlies. Dat heb je na een griepje echt niet! Hoe kan je dan met droge ogen nog beweren dat het slechts een griepje is?

Toen ik dit enige tijd terug ook op sociale media plaatste, reageerde ene scoebiedoe36 met: "jij bent een schaapje jij geloofd kutrutte de kanker wetenschappers en de linksemedia ik denk zelf na"
Tja, ik vraag me dan toch af, waarmee? Waarmee denkt deze scoebiedoe36 dan zelf na? Er is mijns inziens immers geen sprake van een normaal functionerend brein. Toch?

Nou ben ik niet bang uitgevallen, maar types als scoebiedoe36 baren mij toch in toenemende mate zorgen. Heel social media zit er vol mee. En het worden er steeds meer. Ze vermenigvuldigen zich blijkbaar zonder geslachtsgemeenschap. Dwars door de firewall heen. Een unicum in de biologie! Daar zouden ze eens onderzoek naar moeten doen, in plaats van in de regenwouden van Verweggistan op zoek te gaan naar het zoveelste nog niet eerder ontdekte insect. Ik zeg, eigen insecten eerst! ;)

Groetjes, Salvatore

19 februari 2021

11

Het mooiste getal uit de oneindige reeks die er bestaat, is wat mij betreft, zonder meer en ongetwijfeld, het getal 11. Natuurlijk heeft 3 ook wel wat en 7 mag er ook zijn en een bedrag met heel veel nullen op je bankrekening klinkt ook aantrekkelijk, maar het getal 11 is toch echt magisch.

Om te beginnen is 11 het gekkengetal. Immers, op 11 minuten over het 11e uur van de 11e dag in de 11e maand opent de Raad van 11 het carnavalsseizoen. Hoe bijzonder, dat de Eerste Wereldoorlog in 1918 officieel eindigde op het 11e uur van de 11e dag in de 11e maand. Magisch.

Verder is het ook gewoon een gezellig getal. Ik bedoel, 1 is maar alleen. Maar 11, dat zijn twee eenzame 1-tjes knus bij elkaar. Leuk toch?

Het is ook echt een fijn getal, 11. Het is net effe meer dan 10, maar nog wel minder dan een heel dozijn. Het is ook een belangrijkgetal, 11. Een voetbalteam bestaat niet voor niets uit 11 spelers. De penaltystip ligt op 11 meter. Apollo 11 was de eerste raket die een mens naar de maan bracht. En in het jaar 11 trok Julius Caesar het Romeinse leger terug over de Rijn. Belangrijk dus, want anders hadden we hier nu allemaal Latijn gesproken. Veni, vidi, foetsie!

Maar, over belangrijk gesproken, wat dacht je van de 11 apostelen uit de Bijbel? Nu hoor ik de kenners zich al weifelend afvragen: "Maar, die apostelen, dat waren er toch 12?" Ja, dat klopt wel, maar laten we eerlijk zijn, die Judas kan je toch moeilijk een goede apostel noemen. Dus feitelijk waren er maar 11. 

Ook is 11 het enige getal dat in de Nederlandse taal als zelfstandig naamwoord een eigen betekenis heeft. De elf is namelijk, naar algemeen wordt aangenomen, een sprookjesfiguur met, als ik Tolkien mag geloven, puntige oren en zo groot als een mens, terwijl J.M. Barrie de elf vooral als een klein, stoffig en gevleugeld wezentje beschrijft. De waarheid zal wel ergens in het midden liggen.

Wat? Stoffig? Een elf? Jazeker! Elfenstof. Zoek maar op. Het is een soort stuifmeel, dat afkomstig is van die kleine elfjes. Het schijnt verschrikkelijk te jeuken en alles wat het ermee in aanraking komt, wordt een paar centimeter opgetild. Dat kan in bepaalde situaties misschien best handig zijn, maar omdat de werking ervan maar kort duurt, een minuutje of zo, is het verder nooit als "hulpmiddel" in de apotheek terecht gekomen, althans, bij mijn weten.

Er valt echter nog veel meer over 11 te vertellen. Zo zouden er volgens verschillende theorieën maar liefst 11 dimensies bestaan (waarvan ik er maar 3 echt ken), omvat een zonnecyclus een periode van gemiddeld 11 jaar en bestaat Substantie P (dat in ons zenuwstelsel de signalen doorgeeft) uit precies 11 aminozuren. Dat kan toch geen toeval meer zijn?

Ja, het getal 11 is eigenlijk het zout in de getallenpap. Geen wonder dus dat het element met atoomnummer 11 natrium is, de basis voor ons keukenzout. Kortom, het getal 11 is een heerlijk getal.

Groetjes, Salvatore

13 februari 2021

over schaatsen

Het woord komt in Van Dale niet voor, schaatsgekte, en ook mijn iPhone kent het niet, maar op nl.wiktionary.org hadden ze 'm wel, met als uitleg: het verschijnsel dat veel mensen bijzonder enthousiast worden vanwege de mogelijkheid te schaatsen op natuurijs.

Dus "veel mensen", niet zomaar een groepje, die "bijzonder enthousiast worden", zeg maar gerust hysterisch, "vanwege de mogelijkheid", dus van de gedachte alleen al, "te schaatsen op natuurijs", dus als het belachelijk koud is. Dat is schaatsgekte. En de mensen die ermee behept zijn, worden door de normale mensen "schaatsgekkies" genoemd. En ook dat woord staat niet in Van Dale.


Nederland telt best veel schaatsgekkies. Ik denk meer dan Italië, zelfs in absolute zin. Het hele jaar door voeren schaatsgekkies meestal een fatsoenlijk en onopvallend leven. Ja, ze hebben schaatsen op zolder liggen, maar dat hebben zo'n 6 miljoen andere Nederlanders ook. Zelfs ik heb schaatsen op zolder liggen. Nog van vroeger. Noren. Lage noren, om precies te zijn. Of toch hoge? Nou, dat weet ik niet meer, ik zal ze eens opzoeken, maar op zich is het bewaren van schaatsen op zolder (of kelder of schuur) dus niet zo bijzonder. Nee, schaatsgekkies vallen bij temperaturen boven nul dan ook niet als zodanig op. Net zoals vaak van psychopatische seriemoordenaars wordt gezegd, zijn ook schaatsgekkies in het dagelijks leven overwegend rustige en vriendelijke mensen.

Maar ... als de temperatuur ónder nul daalt, dan draaien deze schaatsgekkies helemaal door. Dan is alles erop gericht om zo snel mogelijk met de schaatsen onder het natuurijs te betreden. Zelfs al is het ijs nog flinterdun, ze zijn niet in staat weerstand te bieden aan hun dwanggedrag. Velen halen daarbij een natte broek, want na één nachtje matige vorst is het ijs echt nog niet dik genoeg om een mens te kunnen dragen. Echter, als door de duivel bezeten, kunnen zij met hun volle verstand geen weerstand bieden aan de drang het flinterdunne ijs op te gaan. Zij moeten, als willoze vazallen van Koning Winter, het toch proberen. Plons! En daar staat er weer één tot zijn kuiten in het ijswater van de sloot, trots in de camera kijkend. En ze weten zelf ook wel dat het echt niet kan, dat het ijs na een enkel nachtje vriezen nog veel te dun is, maar ja, ze kunnen het niet laten. "Liever een nat pak, dan het niet te hebben geprobeerd," aldus een verloren schaatsgekkie.

Steeds als in Nederland de temperatuur onder nul raakt en meteorologen aanhoudende vorst voorspellen, wordt er in praatprogramma's steevast iemand uitgenodigd die komt speculeren over de mogelijkheid van een Elfstedentocht. Meestal is dat dan een bekende oud-schaatskampioen. Een Erben Wennemars of Mark Tuitert. Ook worden oude Elfstedentochtwinnaars afgestoft en uit de mottenballen getrokken om te vertellen over deze Tocht der Tochten. Meteorologen leggen uit dat juist de opwarming van de aarde de kans op een Elfstedentocht doet toenemen. Het weer wordt er namelijk extremer van. Steeds warmer in de zomer, hoezee, maar ook een toenemende kans op extreem koude winters. Ik zie al voor me hoe een Erben Wennemars zijn huis met oliestook verwarmt, de ramen wijd open, om maar zoveel mogelijk CO2 uit te stoten en al doend de klimaatverandering te versnellen, opdat ook hij, bij leven, nog een Elfstedentocht kan schaatsen. Fuck de kleinkinderen! Ik sil reedride!

Wat is er mis met je, als je je, bij een temperatuur van -16° Celsius, en schrale oostenwind met een gevoelstemperatuur van -30, op twee geslepen ijzertjes, 200 kilometer ver, over hobbelige ijs wilt voortbewegen? Vrijwillig! Met als beloning een kruisje aan een stukkie gekleurd stof met een speldje erdoor. Terwijl je die afstand sneller, gemakkelijker en comfortabeler in een van alle gemakken voorziene automobiel zou kunnen afleggen. Ja, vroeger was het misschien een uitkomst, die bevroren sloten. Hoefde je niet helemaal naar de brug te lopen of te fierljeppen. Bovendien, er was sowieso niet veel anders te doen, en van ganzenborden kreeg je ook wel een keer genoeg. Ja toch? Niet dan? Maar nu, anno 2021, met auto's, smartphones en Netflix, kunnen we onze tijd toch wel beter besteden? Maar nee, half schaatsminnend Nederland staat op z'n kop, bij de mogelijkheid van een Elfstedentocht. Miljoenen mensen, die zelf niet schaatsen, willen wel op de plekken staan waar schaatsers langs klunen. Ze willen erbij zijn, zodat ze later trots kunnen vertellen, dat ze geen gevoel meer hebben in het topje van de rechterpink, omdat die bevroren raakte, toen zij erbij waren. Oh ja, ik ben Hollands genoeg om wel te gaan kijken als die Elfstedentocht er zou komen, maar dan wel op TV, liggend op de bank, de verwarming op vol vermogen en verse erwtensoep met Hewa-worst pruttelend op het Groningse gas. Geniet van wat je ziet, zeg ik dan maar. Doe maar gek, ik kijk wel.

Ach, weet je, 50 jaar BC (Before Corona) heb ik ook geschaatst en pret beleefd aan ijs en sneeuw. Maar toen was ik 10! Kinderen verdienen ijspret. Voor hen is het bedoeld. Dan kregen we ijsvrij en gingen we gewapend met sleeën en schaatsen op pad naar de beste plekken in de stad. Geweldig was dat! Maar als ik het nu over ijsvrij heb, bedoel ik dat ik onze stoep en oprit ijsvrij heb gemaakt. Bij mij is dat veranderd, omdat, zoals oude gezegden reeds deden vermoeden, ik met het stijgen der jaren ook meer verstand heb gekregen. Maar kennelijk doorlopen schaatsgekkies een andere ontwikkeling. Maar daar lees je niets over in de evolutietheorie van Darwin. Darwin zal ook wel gedacht hebben: te moeilijk! Dus dit soort kennis, moet je dan toch weer helemaal zelf ontdekken. Nou, ik heb het ontdekt! Ook al lijken we uiterlijk heel veel op elkaar en delen we hetzelfde genenpakket, schaatsgekkies zijn toch een andere soort. Een mensachtige, dat wel, maar ook niet meer dan dat. Misschien zijn het niet de mannen, maar de schaatsgekkies die van Mars komen; daar ligt de gemiddelde temperatuur immers rond de -60° Celsius, daar kan je altijd schaatsen, er is immers water gevonden, toch?

Van de andere kant, voor de mensen die het leuk vinden, is het natuurlijk heerlijk als het weer eens lekker vriest zodat er geschaatst kan worden op natuurijs. Dat het niet mijn ding is, doet niets af aan het feit dat het wel hun ding is. Ik gun ze dat plezier van harte. Heus! Hoewel ik het zelf niet heb, kan ik me best voorstellen dat je er heerlijk van kunt genieten. Maar zullen we dan wel afspreken dat er ook niet meer geklaagd wordt als het 's zomers warm is? Zullen we dan afspreken dat we niet in grote getale lopen te zuchten en te puffen en te kreunen en te zeuren als het kwik eens boven de 25° uitkomt? Wil je mij dan ook niet voor gek verklaren, omdat ik dat wél een heerlijke temperatuur vind om lekker actief bezig te zijn? Is dat dan afgesproken?

Groetjes, Salvatore